|
|||
Gitaarwonder en bluesrocker Joe Bonamassa stond zaterdagavond op het podium in een nagenoeg uitverkocht Koninklijk Circus te Brussel voor een divers maar niettemin unaniem enthousiast publiek. Jong en oud, bikers en shoppers, expats en Brusselse dames verwelkomden hun held met evenveel animo, hun idool die enkele dagen ervóór tweeënveertig was geworden. Met zijn zevenkoppige band, waaronder de vermaarde toetsenist Reese Wynans, hield hij twee uur lang het publiek in de ban met zijn ruige bluesrock en virtuoos gitaarwerk, al dan niet solerend, steeds zoekend naar de juiste toonaard, klank, feeling en groove. Uit zijn laatste album ‘Redemption’ pikte hij slechts een tweetal songs op, waaronder het furieus gebrachte ‘Evil Mama’. Keuze heeft hij te over na zijn jarenlange ervaring op de bühne, zijn samenwerking met andere artiesten en het uitbrengen van zowat een twintigtal live- en studioalbums. Uitstekend omringd met zijn muziekmaten bewees hij eens te meer dat het geen toeval was dat de grote B.B. King destijds reeds potentieel in de elfjarige knaap zag. Dat Joe Bonamassa, toen amper twaalf jaar oud, ooit in het voorprogramma stond van B.B. King, herinnert hij zich nog steeds, maar niet wat hij toen speelde. Wel dat het op een rode Telecaster was. Hoeveel gitaren er sindsdien door zijn handen zijn gegaan zal deze zoon van een gitaarhandelaar wel niet kunnen ramen of inschatten. Elke nieuwe gitaar voelt voor hem even vertrouwd aan als ware het een sleets geliefd overhemd of het nu een Telecaster, Stratocaster hetzij Les Paul is. Strak in het pak begon hij zijn concert met het felle rockende ‘Tiger In Your Tank’, cover van Muddy Waters, geflankeerd door zijn band waarin trompettist en saxofonist, ritmesectie en toetsenist hem met brio weerwerk gaven. Twee gracieuze backing vocalisten, komende uit Sydney, Australië, voegden telkens enige soul toe aan zijn songs. Ook de bandleden komen uit alle hoeken van Amerika, van Los Angeles en New York tot Nashville, Tennessee. Joe Bonamassa weet zijn muzikanten te kiezen, die hij tot tweemaal toe aan het publiek voorstelde. Vooral het solerende toetsenwerk van veteraan Reese Wynans werd telkens op applaus onthaald, al wist het blazersduo evenzo hoe de sfeer funky de hoogte in te stuwen. Hoogtepunten waren o.m. het zwoele en gepassioneerd vertolkte ‘Self Inflicted Wounds’, het fascinerende ‘This Train’, alsof niet hellehonden maar onzichtbare kwelgeesten hem op de hielen zaten, en het soulvol vertolkte ‘Blues Of Desperation’ waarin zowel wanhoop als verdoemenis doorklonken. Waar een wolf zijn strot heeft om te huilen, doet Joe Bonamassa dit met zijn gitaren en vanuit het diepste van zijn ziel. In het hartverscheurende ‘Sloe Gin’ rees ‘I’m so damn lonely, and I feel like I wanna die’ op als een smartelijke hartenkreet. De gitaarvirtuoos weet zowel te bezielen als te verbluffen. Soms lanceert hij zich als een geketende die zich van zijn boeien hoopt te bevrijden. Een enkele keer daagde hij de orgelist uit, zijn vaste begeleider Reese Wynans die nog bij Double Trouble en Stevie Ray Vaughan heeft gespeeld. Of sloot aan bij de bassist om er een instrumentaal duet mee aan te gaan. Het concert was al ver halverwege toen hij zich met een dankwoord tot het publiek richtte en als een plaagstoot het overaanbod aan Belgische ‘chocolat’ cadeaus hekelde. Daarna schakelde hij over naar een cover van Led Zeppelin, het soulvolle ‘I Can’t Quit You Babe’ waarbij blazers en de backing lady’s zich even van het podium verwijderden, terwijl percussionist Anton Fig, sinds 2007 de vaste drummer bij Joe, met zijn drumslag bij wijlen als een blikseminslag de tristesse verstoorde, mogelijks om de pijn van het verlies en het hartzeer te bezweren. Even later vervolgde de wederom voltallige band met het energieke ‘How Many More Times’, waarbij het publiek recht veerde om in afwachting van het slotgedeelte de ultieme foto te kunnen maken als een antwoord op Joe’s ‘I keep searching this world for some one to hold me’. Dat publiek wou uiteraard een toegift wat Joe Bonamassa deed met een briljant staaltje gitaarwerk, nu op akoestische gitaar, tijdens het magistrale ‘Wake Up Dreaming’, qua vingervlug snarenwerk niet onderdoend voor de grootste Spaanse gitaarmaestro’s. Het zorgde voor extatische verrukking bij het publiek dat ademloos toekeek en uitbundig aanmoedigde toen de band vervolgde met ‘SWLABR’ van The Cream als een laatste explosie van gedeeld spelplezier en ‘Mountain Time’ als een afsluitende apotheose. Bonamassa’s live reputatie is algemeen bekend maar wat hij in het statige en prestigieuze Koninklijk Circus liet zien en horen overtrof de verwachtingen. De gitaarheld, die zijn eerste album uitbracht in 2000, -deze met de Bloodlines anno 1994 buiten beschouwing gelaten- en die samen speelde met Buddy Guy, Eric Clapton, Albert Collins, Steve Winwood, John Mayall, Robert Cray en John Lee Hooker staat nu zelf op eenzame hoogte op de top van de berg dankzij zijn onuitputtelijke epische gitaarvaardigheden en zijn uitdijend charisma. Marcie
|
|||
|